Werkwoorden in het Spaans

Werkwoorden zijn een belangrijk onderdeel van elke taal. De onderstaande lijst met Spaanse werkwoorden helpt je in een mum van tijd veelgebruikte Spaanse werkwoorden te leren. Samen met andere basis zelfstandige naamwoorden en bijvoeglijke naamwoorden kun je hiermee snel basiszaken in het Spaans benoemen. Kijk voor nog meer Spaanse werkwoorden naar onze leermiddelen voor Spaans aan het einde van de pagina.
Basis Spaanse werkwoorden
Spaanse actiewoorden
Bewegingen in het Spaans
Zakelijke werkwoorden Spaans

Basis Spaanse werkwoorden


NederlandsSpaans  
openenabrir (abro, abrí, abierto)
sluitencerrar (cierro, cerré, cerrado)
zittensentarse (me siento, me senté, sentado)
staanestar de pie (estoy, estuve, estado)
wetensaber (sé, supe, sabido)
denkenpensar (pienso, pensé, pensado)
winnenganar (gano, gané, ganado)
verliezenperder (pierdo, perdí, perdido)
vragenpreguntar (pregunto, pregunté, preguntado)
antwoordenresponder (respondo, respondí, respondido)
helpenayudar (ayudo, ayudé, ayudado)
leuk vindengustar (gusto, gusté, gustado)
kussenbesar (beso, besé, besado)
etencomer (como, comí, comido)
drinkenbeber (bebo, bebí, bebido)
Ling App Ad
Ling App Ad
Advertisement

Spaanse actiewoorden


NederlandsSpaans  
nementomar (tomo, tomé, tomado)
zettenponer (pongo, puse, puesto)
vindenencontrar (encuentro, encontré, encontrado)
stelenrobar (robo, robé, robado)
vermoordenmatar (mato, maté, matado)
vliegenvolar (vuelo, volé, volado)
aanvallenatacar (ataco, ataqué, atacado)
verdedigendefender (defiendo, defendí, defendido)
vallencaer (caigo, caí, caído)
kiezenelegir (elijo, elegí, elegido)
101 Ad
101 Ad
101 Ad
Advertisement

Bewegingen in het Spaans


NederlandsSpaans  
rennencorrer (corro, corrí, corrido)
zwemmennadar (nado, nadé, nadado)
springensaltar (salto, salté, saltado)
trekkentirar (tiro, tiré, tirado)
duwenempujar (empujo, empujé, empujado)
gooienlanzar (lanzo, lancé, lanzado)
kruipengatear (gateo, gateé, gateado)
vechtenpelear (peleo, peleé, peleado)
vangenatrapar (atrapo, atrapé, atrapado)
rollenrodar (ruedo, rodé, rodado)

Zakelijke werkwoorden Spaans


NederlandsSpaans  
kopencomprar (compro, compré, comprado)
betalenpagar (pago, pagué, pagado)
verkopenvender (vendo, vendí, vendido)
studerenestudiar (estudio, estudié, estudiado)
bellenllamar (llamo, llamé, llamado)
lezenleer (leo, leí, leido)
schrijvenescribir (escribo, escribí, escrito)
rekenencalcular (calculo, calculé, calculado)
metenmedir (mido, medí, medido)
verdienenganar (gano, gané, ganado)
tellencontar (cuento, conté, contado)
scannenescanear (escaneo, escaneé, escaneado)
printenimprimir (imprimo, imprimí, impreso)


Werkwoorden in het Spaans

Downloaden als PDF

Vocabulaireboeken Spaans

Leer Spaans - Snel / Gemakkelijk / Efficiënt

Leer Spaans - Snel / Gemakkelijk / Efficiënt

Dit boek bevat een reeks woordenlijsten met 2000 van de meest voorkomende woorden en zinnen, gerangschikt op basis van hun voorkomen in dagelijks taalgebruik. Dit vocabulaireboek volgt de 80/20-regel: het zorgt ervoor dat u eerst de belangrijkste woorden en zinsstructuren leert om u te helpen snel vooruitgang te boeken en gemotiveerd te blijven.
Spaans vocabulaireboek

Spaans vocabulaireboek

Dit vocabulaireboek bevat meer dan 3000 Spaanse woorden en zinnen die zijn gesorteerd per onderwerp, zodat u eenvoudig kunt kiezen wat u eerst wilt leren. Bovendien bevat de tweede helft van het boek twee indexsecties die als basiswoordenboeken kunnen worden gebruikt om woorden in een van de twee talen op te zoeken. De 3 onderdelen samen vormen een geweldige informatiebron voor cursisten van alle niveaus.


Flashcards Spaans

Flashcardo

Gratis Spaanse Flashcards

Op Flashcardo kun je gratis online flashcards vinden voor meer dan 50 talen die je zullen helpen je vaardigheden in een hoog tempo te verbeteren

Gratis Leermaterialen