Dagen en maanden in het Sloveens

Het beheersen van het concept van tijd is uiterst belangrijk voor het leren van Sloveens. Deze pagina bevat lijsten met Sloveense maanden, Sloveense dagen en vele andere Sloveense woorden die met tijd te maken hebben. Bekijk voor nog meer tijdgerelateerde woordenschat onze leermiddelen voor Sloveens aan het einde van de pagina.
Maanden in het Sloveens
Dagen in het Sloveens
Tijd in het Sloveens
Overige tijdgerelateerde Sloveense woorden

Maanden in het Sloveens


NederlandsSloveens  
januari(M) januar (jánuar)
februari(M) februar (fébruar)
maart(M) marec (márec)
april(M) april (apríl)
mei(M) maj (máj)
juni(M) junij (júnij)
juli(M) julij (júlij)
augustus(M) avgust (avgúst)
september(M) september (septêmber)
oktober(M) oktober (október)
november(M) november (novêmber)
december(M) december (decêmber)
vorige maandprejšnji mesec (prêjšnji mésec)
deze maandta mesec (tá mésec)
volgende maandnaslednji mesec (naslédnji mésec)
Ling App Ad
Ling App Ad
Advertisement

Dagen in het Sloveens


NederlandsSloveens  
maandag(M) ponedeljek (ponedéljek)
dinsdag(M) torek (tôrek)
woensdag(F) sreda (sréda)
donderdag(M) četrtek (četŕtek)
vrijdag(M) petek (pétek)
zaterdag(F) sobota (sobóta)
zondag(F) nedelja (nedélja)
gisterenvčeraj (včéraj)
vandaagdanes (dánes)
morgenjutri (jútri)

Tijd in het Sloveens


NederlandsSloveens  
seconde(F) sekunda (sekúnda)
minuut(F) minuta (minúta)
uur(F) ura (úra)
1:00ob enih (ob ênih)
2:05pet čez dve (pét čéz dvé)
3:10deset čez tri (desét čéz trí)
4:15četrt čez štiri (četŕt čéz štíri)
5:20dvajset čez pet (dvájset čéz pét)
6:25petindvajset čez šest (pétindvájset čéz šést)
7:30pol osmih (pôl ósmih)
8:35osem petintrideset (ósem pétintrídeset)
9:40dvajset do desetih (dvájset do desétih)
10:45petnajst do enajstih (pétnajst do enájstih)
11:50deset do dvanajstih (desét do dvanájstih)
12:55pet do enih (pét do ênih)

Overige tijdgerelateerde Sloveense woorden


NederlandsSloveens  
tijd(M) čas (čàs)
datum(M) datum (dátum)
dag(M) dan (dán)
week(M) teden (téden)
maand(M) mesec (mésec)
jaar(N) leto (léto)
lente(F) pomlad (pomlád)
zomer(N) poletje (polétje)
herfst(F) jesen (jesén)
winter(F) zima (zíma)
vorig jaarlansko leto (lánsko léto)
dit jaarto leto (tó léto)
volgend jaarnaslednje leto (naslédnje léto)
vorige maandprejšnji mesec (prêjšnji mésec)
deze maandta mesec (tá mésec)
volgende maandnaslednji mesec (naslédnji mésec)


Dagen en maanden in het Sloveens

Downloaden als PDF

Vocabulaireboeken Sloveens

Leer Sloveens - Snel / Gemakkelijk / Efficiënt

Leer Sloveens - Snel / Gemakkelijk / Efficiënt

Dit boek bevat een reeks woordenlijsten met 2000 van de meest voorkomende woorden en zinnen, gerangschikt op basis van hun voorkomen in dagelijks taalgebruik. Dit vocabulaireboek volgt de 80/20-regel: het zorgt ervoor dat u eerst de belangrijkste woorden en zinsstructuren leert om u te helpen snel vooruitgang te boeken en gemotiveerd te blijven.
Sloveens vocabulaireboek

Sloveens vocabulaireboek

Dit vocabulaireboek bevat meer dan 3000 Sloveense woorden en zinnen die zijn gesorteerd per onderwerp, zodat u eenvoudig kunt kiezen wat u eerst wilt leren. Bovendien bevat de tweede helft van het boek twee indexsecties die als basiswoordenboeken kunnen worden gebruikt om woorden in een van de twee talen op te zoeken. De 3 onderdelen samen vormen een geweldige informatiebron voor cursisten van alle niveaus.


Flashcards Sloveens

Flashcardo

Gratis Sloveense Flashcards

Op Flashcardo kun je gratis online flashcards vinden voor meer dan 50 talen die je zullen helpen je vaardigheden in een hoog tempo te verbeteren

Gratis Leermaterialen